Specifieke soorten afdrukmateriaal
●
Transparanten en etiketten: Voer transparanten en etiketten in met de bovenrand naar
voren en de afdrukzijde naar boven. Zie
Afdrukken op transparanten of etiketten
voor meer
informatie.
●
Enveloppen: Voer enveloppen in met de smalle postzegelkant naar voren en de afdrukzijde
naar boven. Zie
Afdrukken op enveloppen
voor meer informatie.
●
Briefhoofdpapier of voorbedrukte formulieren: Voer deze in met de bovenrand naar voren
en de afdrukzijde naar boven. Zie
Briefhoofdpapier en voorbedrukte formulieren afdrukken
voor meer informatie.
●
Kaarten en afdrukmateriaal met een afwijkend formaat: Voer deze in met de smalle kant
naar voren en de afdrukzijde naar boven. Zie
Afdrukken op afdrukmateriaal met aangepast
formaat en kaarten
voor meer informatie.
22 Hoofdstuk 2
NLWW